Als tekstschrijver geef ik onmiddellijk toe dat foto’s minstens de helft van je online succes bepalen. Minstens. Allerlei soorten foto’s verdienen een plek in de selectie van je online datingprofiel. Foto’s waar je met je hele lichaam op staat, foto’s met de gedrogeerde tijger, foto’s waar je het bruisend middelpunt bent van een groep, enzovoort. Maar laten we eens beginnen met een selfie.
In sommige opzichten is een zelfgemaakte foto op armafstand niet ideaal. Anderzijds: je hebt wel een aantal variabelen onder controle die je niet beheerst als een ander de foto maakt.
Heb je geen goede foto’s voor je online profiel en wil je snel iets kunnen laten zien, dan is het selfie de snelste oplossing.
Zelf sta ik tot ongeveer mijn 25e waardeloos op foto’s. Net als veel mensen had ik een soort camera-aversie ontwikkeld. Toen ontdekte ik een paar trucs. De belangrijkste was om in de lens te kijken alsof ik een persoon aankeek. En nog een andere handigheid.
Adem in
Sta je vaak fronsend of chagrijnig op de foto, probeer dan eens een paar foto’s te maken terwijl je inademt. Je wenkbrauwen gaan dan vanzelf wat omhoog. Ook verdwijnt je frons – bij mij verdwijnt-ie maar deels, ik heb een flinke, vooral zichtbaar met strijklicht.
Kijk in de camera alsof het een persoon is
Van sommige filmacteurs wordt gezegd dat de camera van hen houdt. Aangezien liefde van twee kanten komt, zou het me niet verbazen als deze acteurs ook van de camera houden. Wat minder cryptisch: als je in de lens kijkt alsof het een persoon is in plaats van een stuk glas, heeft degene die je foto bekijkt het gevoel dat je hem indringend aankijkt.
Het aandachtig in de lens kijken is niet ingewikkeld. Kijk diep in het glas van de lens alsof je daar iets interessants zoekt, de ziel van de camara. Zo geef je jezelf een houding: je bent geen passief slachtoffer van de camera. De camera kijkt naar jou, maar jij kijkt net zo hard terug.
Maak veel selfies
Een goed artikel is Take better selfies, gepubliceerd op Medium. Het belangrijkste advies van de auteur: maak veel selfies. Honderden! Zo verlies je je gene. Je experimenteert, komt achter dingen. Tussen alle troep zitten bijna vanzelf een paar goede zelfportretten.
Goed licht
Een andere cruciale tip heeft betrekking op het licht. Het meeste succes heb je bij een raam met indirect zonlicht. Dus op het noorden, of in ieder niet met direct zonlicht. (De bovenstaande foto’s heb ik ook in de namiddag gemaakt, aan het raam bij indirect licht van een laagstaande zon.)
En zo ziet een foto er uit als ik twee meter verder van het raam sta. Minder flatteus, vind je niet? Schaduwen, waterige ogen, minder kleur in de kleding.
Het bovenstaande zijn een paar tips, gewoon een paar variabelen waarvan je je bewust moet zijn. Er komt meer bij kijken. Wat te denken van lachen? Een onderwerp op zich. Het is bewezen – in het laboratorium, jawel – dat je tenminste een foto moet hebben waarop je je tanden bloot lacht. Iets voor een andere blog post, misschien…
Misschien denk je: dat is toch allemaal geen rocket science. Inderdaad. Maar waarom zijn zo veel profielfoto’s van mannen dan zo afgrijselijk? Ze denken er waarschijnlijk gewoon niet over na, doen geen moeite. Als jij dat wel doet, heb je al een voorsprong.
Geef een reactie